Tag Archief van: onderhoud en SIM-aanvraag

In 2023-2024 is het Verschueren-orgel van de Christus Triumfatorkerk in Den Haag gerestaureerd. Het orgel werd in 1964 opgeleverd als opus 596 en valt als waardevol onderdeel van een rijksmonument mede onder de bescherming. Namens de Commissie Orgelzaken van VKB Kerkrentmeesters was Jaap Jan Steensma als adviseur bij de restauratie betrokken. Het werk werd uitgevoerd door de Verschueren Orgelbouw te Ittervoort. Het instrument is opnieuw in gebruik genomen op zaterdag 9 maart 2024, met een toelichting door Jaap Jan Steensma en een orgelbespeling door organisten Roelfien Folkersma, Christian Hutter, Martijn Pranger en Joël Boone.

Het Nieuwe Instituut, collectie Architectenbureau Drexhage, Sterkenburg, Bodon & Venstra / Archief, inv.nr. DSBVf130.

Een bijzonderheid is dat het uiterlijk werd ontworpen door architect Geert Drexhage (1914-1982), wiens archief bewaard wordt in Het Nieuwe Instituut in Rotterdam. Hier werd ook de oorspronkelijke ontwerptekening van het orgel gevonden. Op deze tekening is te zien dat de speeltafel van het orgel (de plaats vanwaar de organist het instrument ‘bedient’) aanvankelijk ver van de orgelkasten geplaatst hadden moeten worden, zodat de organist vanachter het orgel ook aanwijzingen zou kunnen geven aan een zangkoor. 

Ontwerptekening van het orgel, Geert Drexhage, 1961.

Gedurende de voorbereiding op de bouw is besloten het instrument anders uit te voeren dan aanvankelijk was bedacht. Het belangrijkste verschil, dat grote invloed had op de technische aanleg en – in het verlengde daarvan – op het uiterlijk, was het besluit het orgel niet te voorzien van een electrische speeltractuur, maar van een mechanische. Om een en ander technisch mogelijk te maken, werden de kasten naast elkaar geplaatst, in plaats van ‘trapsgewijs’. De mechanieken kwamen in een koker te liggen, die in de lengte onder de orgelkasten ligt (in de lange poot van de ‘gekantelde hoofdletter-L’, zoals op de foto hierboven te zien).

De keuze voor de orgelmaker Verschueren, alsook de keuze voor een mechanische speeltractuur is exemplarisch voor de koerswijziging die in de jaren 1960 werd ingezet door de adviescommissie van de Gereformeerde Organistenvereniging.

Tijdens het werk stond het behoud van monumentale waarden, inclusief de oorspronkelijke intonatie, voorop. Bijzondere aandacht ging uit naar de elektrische registertractuur (de slepen worden bediend door elektromoren). De restauratie van het orgel werd mede mogelijk gemaakt dankzij een bijdrage van Het Cultuurfonds.

 

Met de winter voor de deur vragen veel eigenaren van kerkgebouwen zich af wat ze aan moeten met de stijgende energiekosten. Het antwoord voor die grote ruimten is even simpel als doeltreffend: verwarming uit. Of in ieder geval toch zo laag mogelijk.

Soms denken mensen echter dat het voor het orgel noodzakelijk is de ruimte op een minimumtemperatuur te houden. Dit is onterecht. Orgels kunnen veel hebben. 

Waar het bij orgels om gaat, is niet de temperatuur, maar de luchtvochtigheid. En dan is het vaak juist beter is de verwarming helemaal uit te laten!

In tijdschrift De Orgelvriend schreef Jaap Jan Steensma een pleidooi voor energiebesparing. Gesprekspartners bij de totstandkoming waren de specialisten van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. 

Besparing op energie is een besparing op geld, zo’n besparing is vaak ook beter voor het orgel, komt de duurzaamheid ten goede en voorkomt het in de hand spelen van dictatoriale regimes. 

De Orgelvriend heeft besloten het artikel gratis aan te bieden. Lees het artikel HIER

Het Bätz-orgel (1839) in de Nieuwe Kerk Delft.

 

Wanneer er in een kerk bouwwerkzaamheden worden verricht, dan kan dat gepaard gaan met een risico voor het orgel. Bouwstof kan schadelijk zijn voor (de klank van) het pijpwerk en voor mechanische onderdelen. Het is daarom belangrijk het orgel zo goed mogelijk te beschermen.

In de Nieuwe Kerk van Delft wordt de Koninklijke grafkelder uitgebreid. Op verzoek van de directie van de Oude & Nieuwe Kerk en van Van Hoogevest Architecten monitort Jaap Jan Steensma het beroemde Bätz-orgel (1839) gedurende het werk aan de grafkelder. Zo wordt eventuele stofvorming zo vroeg mogelijk opgemerkt en bestreden.

De NOS maakte een video over uitbreiding van de grafkelder:

In 2019 verzorgde Flentrop Orgelbouw (Zaandam) het groot onderhoud en een deelrestauratie van het relatief onbekende Ehrenfried Leichel-orgel (1880) in Tienhoven (Stichtse Vecht).

Het Ehrenfried Leichel-orgel (1880) in Tienhoven

Jaap Jan was, mede namens de Commissie Orgelzaken van de Vereniging voor het Kerkrentmeesterlijk Beheer, als adviseur bij deze werkzaamheden betrokken. Het onderzoek dat in 2018-’19 ten bate van het project werd gedaan, is nu in artikelvorm verschenen in de laatste editie van maandblad De Orgelvriend. 

Een bijzonderheid van het Tienhovense orgel is het gegeven dat de orgelkast, en een deel van het pijpwerk een oudere herkomst hebben. 

Het Tienhovense orgelfront in een vorig leven, zoals in potlood getekend op de achterzijde van het knieschot.

Een voorproefje van het artikel is hier te vinden. Voor abonnementen en contact met de redactie, klik hier.

Organisten, orgelmakers en erfgoedspecialisten in Duitsland maken zich grote zorgen over de klaarblijkelijke toename van schimmelvorming in orgels. Dit probleem lijkt zich met name de laatste twintig jaar voor te doen.

Een onderzoeksproject dat werd geïnitieerd door de Evanglische Kirche in Mitteldeutschland moest meer duidelijkheid geven over mogelijke oorzaken van deze toename, alsmede handreikingen bieden voor een betere bescherming, en daarmee voor de instandhouding van het orgelbezit.

De onderzoeksresultaten werden gepresenteerd tijdens een colloquium dat plaatsvond op 20 en 21 november 2017. In het laatste nummer van tijdschrift Het Orgel doet Jaap Jan Steensma verslag van de daar gepresenteerde bevindingen.

Oproep

Om een idee te krijgen van schimmelvorming in Nederlandse orgels -wordt het probleem in Nederland misschien onderschat?-, houdt Het Orgel een kleine, indicatieve enquête.

Iedereen met toegang tot een orgel mag meedoen; het invullen van de enquête neemt hooguit 5 minuten in beslag.

Sporen van schimmelvorming in het C.F.A. Naber-orgel (1855) te Holten.

Sporen van schimmelvorming (UV-licht) in het C.F.A. Naber-orgel (1855) te Holten.

Losse uitgaven van Het Orgel zijn ad € 11 (incl. verzending) te bestellen via: verkoop@kvok.nl. Een voorproefje van het artikel is hier te vinden.

Op 8 februari 2017 is het orgel in de Dorpskerk van Schaarsbergen weer in gebruik genomen na groot onderhoud door Flentrop Orgelbouw, onder advies van Peter van Dijk.
De werkzaamheden vonden plaats in het kader van een herinrichting van het kerkinterieur. Vanwege de harde akoestiek van de kerkzaal werd de winddruk verlaagd van 93 tot 79.5 mm. Daarbij werden geen irreversibele intonatie-wijzigingen uitgevoerd.

Screen Shot 2017-03-06 at 10.22.30

Screen Shot 2017-03-06 at 10.28.11

Utrecht, 2 maart 2016

 

Orgelpijpen met een hoog loodgehalte kunnen onderhevig zijn aan corrosie. Op initiatief van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) en Het Orgelpark heeft in 2015 een Colloquium over dit onderwerp plaatsgevonden in Het Orgelpark.

Om het (internationaal) uitwisselen van informatie over het probleem verder te bevorderen, organiseerde Het Orgelpark op 6 februari jongstleden een nieuw Colloquium. In de jongste editie van Het Orgel publiceert Jaap Jan Steensma een kort verslag van deze bijeenkomst, waarin ook enkele van de meest opvallende resultaten aan de orde zullen komen.

Losse uitgaven van Het Orgel zijn ad € 11 (incl. verzending) te bestellen via: verkoop@kvok.nl.