Gerestaureerd Knipscheer-orgel Vreeland in gebruik genomen

Met een orgelconcert en -presentatie op vrijdag 3 juni 2022 is het gerestaureerde Knipscheer-orgel (1852) van de Dorpskerk in Vreeland weer officieel in gebruik genomen. In 2021 werd het orgel geheel gerestaureerd door de orgelmakers Elbertse Orgelmakers BV te Soest.

In 2019 verzorgde Jaap Jan Steensma het onderzoek en de planvorming ten bate van het uiteindelijk uitgevoerde project. Na een traject van fondsenwerving en een substantiële bijdrage van het fonds Erfgoedparels konden de plannen ten uitvoer komen. De noodzakelijke bouwkundige aanpassingen (het orgelbalkon moest waterpas worden gezet en worden geconsolideerd) werden uitgevoerd onder leiding van restauratie-architect Paul van Vliet.

Penningmeester Wim Fokker heet aanwezigen welkom. Foto: Maarten Bootsma.

De oorspronkelijke windvoorziening van het orgel werd gekopieerd naar de originele Knipscheer-balgen uit Muiden. Deze Muidense balgen waren in 1852 gemaakt voor het orgel van Vreeland, in de twintigste eeuw losgekoppeld en nadien hergebruikt in Muiden. Ontbrekende delen van de orgelkast zijn aangevuld, verdwenen registers zijn gereconstrueerd met behoud van oorspronkelijk materiaal en het orgel kreeg zijn piano-/forte-trede weer terug. De kleurige afwerking van het orgel werd gereconstrueerd door Gonny de Jongh van de fa. De Jongh.

Tijdens de presentatie op 3 juni vertelde Jaap Jan Steensma over de ontstaansgeschiedenis van het orgel en over de restauratie. RCE-deskundige Wim Diepenhorst, betrokken bij de restauratie, verzorgde het orgelspel bij die presentatie.

RCE-deskundige Klinkend Erfgoed aan het klavier. Foto: Maarten Bootsma.

Filmmaker Jelle van Doornik maakte naar aanleiding van de restauratie de documentaire ‘Nieuwe Luister’. Deze documentaire ging tijdens de bijeenkomst op 3 juni in première.

Over de presentatie van het orgel schreef journalist Peter Schat een prachtig artikel in de Gooi- en Eemlander (betaalmuur).

Gesprekken na afloop; Jaap Jan Steensma, Jelle van Doornik en Juliette Jonker-Duijnstee. Foto: Maarten Bootsma.