Het monumentale G.Th. Bätz-orgel (1787) in de Pieterskerk te Breukelen is toe aan een grondige restauratie. Op 26 januari a.s. om 13.30 uur tekenen Clavecimbel- en orgelbouwer J.C. van Rossum (Wijk en Aalburg) en de kerkrentmeesters van de Protestantse Gemeente Breukelen een contract om, zodra de benodigde middelen binnen zijn, te kunnen starten met het herstel van dit bijzondere instrument. De bijeenkomst vindt plaats in de Pieterskerk, Straatweg 59 te Breukelen.

De aanstaande restauratie voorziet in een windlade-restauratie en onder meer in een reconstructie van de oorspronkelijke windvoorziening, waarvan alle sporen nog bij het orgel aanwezig zijn. Het schilderwerk is aanbesteed aan Wolters & Ovink Restauratie.
Breukelen - NH Kerk

Tijdens de bijeenkomst op 26 januari zal het orgel worden bespeeld door huisorganist Jan Pieter Karman. Adviseur Jaap Jan Steensma geeft een toelichting op de restauratieplannen.

Zelf bijdragen aan het totstandkomen van de restauratie kan via de Stichting Vrienden van de Pieterskerk: www.vriendenvandepieterskerk.nl.

 

Update 29 januari 2018: foto van de ondertekening

Orgelmaker Hans van Rossum (l) en kerkrentmeester Dick Oosthoek tekenen het contract voor de restauratie van het G.Th. Bätz-orgel (1787) in Breukelen; vrijdag 26 januari 2018.

Orgelmaker Hans van Rossum (l) en kerkrentmeester Dick Oosthoek tekenen het contract voor de restauratie van het G.Th. Bätz-orgel (1787) in Breukelen; vrijdag 26 januari 2018.

Organisten, orgelmakers en erfgoedspecialisten in Duitsland maken zich grote zorgen over de klaarblijkelijke toename van schimmelvorming in orgels. Dit probleem lijkt zich met name de laatste twintig jaar voor te doen.

Een onderzoeksproject dat werd geïnitieerd door de Evanglische Kirche in Mitteldeutschland moest meer duidelijkheid geven over mogelijke oorzaken van deze toename, alsmede handreikingen bieden voor een betere bescherming, en daarmee voor de instandhouding van het orgelbezit.

De onderzoeksresultaten werden gepresenteerd tijdens een colloquium dat plaatsvond op 20 en 21 november 2017. In het laatste nummer van tijdschrift Het Orgel doet Jaap Jan Steensma verslag van de daar gepresenteerde bevindingen.

Oproep

Om een idee te krijgen van schimmelvorming in Nederlandse orgels -wordt het probleem in Nederland misschien onderschat?-, houdt Het Orgel een kleine, indicatieve enquête.

Iedereen met toegang tot een orgel mag meedoen; het invullen van de enquête neemt hooguit 5 minuten in beslag.

Sporen van schimmelvorming in het C.F.A. Naber-orgel (1855) te Holten.

Sporen van schimmelvorming (UV-licht) in het C.F.A. Naber-orgel (1855) te Holten.

Losse uitgaven van Het Orgel zijn ad € 11 (incl. verzending) te bestellen via: verkoop@kvok.nl. Een voorproefje van het artikel is hier te vinden.

Sedert 1970 staat in de Utrechtse Domkerk een gaaf bewaard kabinetorgel van Gideon Thomas Bätz uit 1796, in 1967 gerestaureerd door D.A. Flentrop en in 2000 door de Gebr. Van Vulpen.
Peter van Dijk, als adviseur bij de laatstgenoemde restauratie betrokken, beschrijft dit instrument in Het Orgel 2018 nr. 1 (pagina 4-9).

Het kabinetorgel van G.Th. Bätz in de Domkerk, Utrecht. Foto: Jan Smelik

Het kabinetorgel van G.Th. Bätz in de Domkerk, Utrecht.
Foto: Jan Smelik

Bekend is dat het orgel op een onbekend moment in Kasteel Middachten werd geplaatst. Dat was in het bezit van de adellijke familie Van Reede, maar werd eind-18e eeuw niet door familieleden bewoond. De familie bewoonde des zomers Kasteel Amerongen en had een winterverblijf in de stad Utrecht. In 1813 plaatste Gideon Thomas Bätz een orgel op Kasteel Amerongen. Daartoe had hij overigens in 1780 al de opdracht ontvangen.

Mede op grond van deze gegevens is sedert 1975 verondersteld dat het Bätz-kabinetorgel uit 1796 oorspronkelijk in het bovengenoemde Utrechtse winterverblijf werd opgesteld en vervolgens op enig moment naar Kasteel Middachten verhuisde. Nader onderzoek van Mieke Breij en Peter van Dijk werpt echter een nieuw licht op deze hypothese.

Losse uitgaven van Het Orgel zijn ad € 11 (incl. verzending) te bestellen via: verkoop@kvok.nl. Een voorproefje van het artikel is hier te vinden.
 

In 2016, het jaar dat het J.H.H. Bätz-orgel van de Lutherse Kerk Amersfoort 250 jaar bestond, kon het instrument geheel worden gerestaureerd door Flentrop Orgelbouw. Vaktijdschrift Het Orgel heeft ruimte beschikbaar gesteld om het uitgebreide historisch en technisch onderzoek integraal te publiceren. Ook worden uitgangspunten en keuzes bij de restauratie verantwoord.

Met de publicatie in Het Orgel willen auteurs Jaap Jan Steensma en Peter van Dijk de bij restauratie opgedane kennis te delen met het werkveld.

Foto: Jan Smelik

Foto: Jan Smelik

In hetzelfde nummer van Het Orgel is een kort overzichtsartikel opgenomen van Jaap Jan Steensma over de drie generaties Bätz.

Losse uitgaven van Het Orgel zijn ad € 11 (incl. verzending) te bestellen via: verkoop@kvok.nl. Een voorproefje van het artikel is hier te vinden.

Dankzij een twee-jarig onderzoeksproject, dat wordt gecoördineerd door de Amtliche Materialprüfungsanstalt der Freien Hansestadt Bremen (MPA) en het Arp-Schnitger-Institut für Orgel und Orgelbau, zijn oplossingen en preventiemethoden voor loodcorrosie in orgeldelen met een hoog loodgehalte weer een stapje dichterbij gekomen.

Herbert Juling en Koos van de Linde organiseerden op 26 september 2017 een workshop ‘Bleikorrosion’ om de laatste stand van zaken te delen met het werkveld. In de nieuwste uitgave van vakblad Het Orgel doet Jaap Jan Steensma verslag van de jongste ontwikkelingen.

Loodcarbonaat onder de microscoop. Foto: Herbert Juling (MPA).

Loodcarbonaat onder de microscoop.
Foto: Herbert Juling (MPA).

Ook in 2015 en 2016 besteedde Het Orgel aandacht aan de aantasting van loden orgelpijpen.
Losse uitgaven van Het Orgel zijn ad € 11 (incl. verzending) te bestellen via: verkoop@kvok.nl. Een voorproefje van het artikel is hier te vinden.

Dinsdagavond 17 oktober werd met een bescheiden ceremonie het contract getekend voor de restauratie van het Gideon Thomas Bätz-orgel (1809) in de Torenpleinkerk in Vleuten. De restauratie van het orgel zal — onder voorbehoud van voldoende financiering — plaatsvinden in de tweede helft van 2018.

Het orgel zal worden gerestaureerd door Van Rossum Orgelbouw (Wijk en Aalburg); het schilderwerk zal worden uitgevoerd door restauratieschilder Gerard de Jongh (Waardenburg).

In een korte speech bij de ceremonie benadrukte kerkenraadsvoorzitter Hans van Reenen het belang van onderhoud en restauratie van klinkend erfgoed. De Torenpleinkerk kent een rijke muzikale praktijk, zowel in de erediensten als in concerten.
2017-10-17-PHOTO-00000007
Na ondertekening wordt het glas geheven. V.l.n.r. J. Pronk (secretaris wijkraad van kerkrentmeesters), H.P. van Reenen (voorzitter kerkenraad), J.C. van Rossum (orgelmaker), A. den Hertog (voorzitter wijkraad van kerkrentmeesters), I. Otten (wijkpredikant) en P. van Dijk (orgeladviseur).

De eerste plannen voor de restauratie ontstonden in 2014-2015, toen Peter van Dijk en Jaap Jan Steensma na hun aanstelling als orgeladviseurs, het orgel onderzochten en er uitgebreid archiefonderzoek naar het orgel werd verricht. Een en ander resulteerde in een uitgebreid historisch overzicht en een restauratieplan.

Eén van de uitkomsten van dit onderzoek was het gegeven dat het orgel — dat overigens niet van 1812 dateert, zoals Gert Oost vermoedde, maar van 1809 — in ieder geval sedert 1821 spaanbalgen heeft gehad, die destijds werden betrokken via domorganist Frederik Nieuwenhuyzen. Om die reden voorziet het restauratieplan onder meer in de aanleg van een tweetal spaanbalgen ter vervanging van het regulateurtje uit 1971. Voor het overige zal het concept-1809 zoveel als mogelijk in ere worden hersteld.

Met de aanvang van de restauratie zal een nieuwe onderzoeksfase aanbreken, waarvan de resultaten t.z.t. zullen worden gepubliceerd.

Het De Crane-orgel (1767) in de Hervormde Kerk te Waspik is in 2015 gerestaureerd door J.C. van Rossum Orgelbouw (Wijk en Aalburg). Het schilderwerk werd uitgevoerd door Gerard de Jongh (Waardenburg).

DSC_0034

Adviseur Peter van Dijk publiceert de onderzoeksresultaten in het jongste nummer van vakblad Het Orgel. In dit artikel wordt onder meer ingegaan op de historie van het orgel en zijn maker, de uit Culemborg afkomstige autodidact Mattheus de Crane (1735-1770). In De Crane’s orgels zijn de invloeden terug te vinden van het Culemborgse Verhofstadt-orgel (1719) dat hij bespeelde in de periode 1753-1766.

Het artikel schenkt bijzondere aandacht aan de technische en artistieke bijzonderheden van het instrument. Eén van deze elementen betreft het in Waspik vermoedelijk oorspronkelijke, nog aanwezige kistpedaal.

In verband met de in 2015 in het orgel teruggekeerde middentoonstemming werd eerder al eens een workshop rond het De Crane-orgel georganiseerd.

Verschenen: Peter van Dijk, “Het Mattheus de Crane-orgel in de Hervormde Kerk te Waspik.” In: Het Orgel 113/5 (2017), 13-26. Een voorproefje van het artikel is hier te vinden.

Losse uitgaven van Het Orgel zijn ad € 11 (incl. verzending) te bestellen via: verkoop@kvok.nl.

Deze zomer was het veertig jaar geleden dat Peter van Dijk zijn conservatoriumstudie (hoofdvak orgel) afrondde en hoofdredacteur werd van vaktijdschrift Het Orgel. Nu het nieuwbouwproject voor concertzaal TivoliVredenburg bijna is voltooid, en een groots vervolgproject in de steigers staat (een in 2019 te publiceren studie over de fa. P. van Oeckelen en Zonen), plaatste Het Orgel een uitgebreid interview.

In het artikel snijdt auteur Jan Smelik onderwerpen aan als orgelonderzoek, kwaliteitsbewaking, behoud van zakelijke en inhoudelijke integriteit, kennisoverdracht en financiering. De orgeladviseur is — in RCE-termen— te beschouwen als een ‘kennismakelaar’.

Een belangrijk deel van het interview betreft de verhouding tussen de organist en zijn instrument. Wat mag/moet je als organist (technisch, muzikaal) van een orgel verwachten, wat kan er vanuit erfgoed-perspectief en waar stel je prioriteiten?

Zo komt het dynamisch stijlbewustzijn aan de orde: “Op een orgel uit de Wederopbouw moet je niet gaan articuleren als op een barok-orgel. De explosieve pijpaanspraak van een Wederopbouw-orgel vraagt als het ware om legatospel.” En: “Een orgel moet niet doen wat een organist of een orgeladviseur graag wil, maar andersom.”

Kern van Peters visie is een behoud van ‘erfgoed’ voor oog en oor; of dit erfgoed nu 17e, of 20ste-eeuws is. Volgende generaties moeten immers de kans krijgen verschillende klankvisies ‘ongefilterd’ te kunnen genieten en beoordelen. Het devies is dan ook: “Denk vanuit het orgel en de schoonheid van de klank!”

Verschenen: Jan Smelik, ‘“Ga niet van jezelf uit, denk vanuit het orgel en de schoonheid van de klank” – interview met Peter van Dijk.’ In: Het Orgel 113/4 (2017), 20-27.

Losse uitgaven van Het Orgel zijn ad € 11 (incl. verzending) te bestellen via: verkoop@kvok.nl.

Een voorproefje van het artikel is hier te vinden.

Foto: Jan Smelik

Foto: Jan Smelik

De Toccata en Fuga in d, en de “Acht kleine Praeludien und Fugen”
Zaterdag 24 juni 2017, 15 uur. Tuindorpkerk Utrecht

De Toccata en Fuga in d (BWV 565) van Johann Sebastian Bach is het beroemdste orgelwerk aller tijden. In de afgelopen eeuw hebben echter diverse experts hun twijfels geuit over Bachs auteurschap. Anderen veronderstellen dat het stuk wèl van Bach is, maar oorspronkelijk niet voor orgel werd geschreven. Die twijfels en veronderstellingen worden gevoed door het feit dat het originele componisten-manuscript verloren is gegaan. Het oudste bewaard gebleven afschrift dateert van na Bachs dood (in 1750) en toont in diverse opzichten een voor diens werk ongebruikelijk beeld.

Iets dergelijks geldt voor de bekende Acht kleine Praeludien und Fugen (BWV 553-560). Aan Bachs auteurschap wordt thans zelfs vrij algemeen getwijfeld. Ook hier dateert het oudste bewaard gebleven handschrift van na Bachs overlijden. De belangrijkste reden voor het vraagteken achter Bachs naam zijn de vele – in hedendaagse ogen – ‘fouten’ tegen 18e eeuwse compositietechnieken.

Los van alle twijfels: de Toccata en Fuga in d toont sterke verwantschap met toccata’s die wel met zekerheid als jeugdwerken van Bach zijn geïdentificeerd en de “acht kleintjes” lijken duidelijk op andere kleine klavier-praeludia van de grote meester.

Bij Peter van Dijk rees de vraag of die oudste bewaard gebleven afschriften wel exacte kopieën van originele Bach-manuscripten zijn. Kan de Toccata en Fuga in d niet door de kopiïst zijn ‘opgeleukt’ met Sturm-und-Drang-toevoegingen? En heeft wellicht een Middenduits orgeldocent in de 2e helft van de 18e eeuw de acht kleintjes omgewerkt tot etudes met een pedaalpartij? In de afgelopen jaren heeft Peter dit idee uitgewerkt tot een reconstructie-poging van de originele versies, onder het motto ‘Back to Bach?’.

Met de presentatie van deze reconstructies viert Peter van Dijk op 24 juni het feit dat hij 40 jaar geleden als organist afstudeerde aan het Utrechts Conservatorium. Medewerking verlenen voorts Willeke Smits, David Jansen en Jaap Jan Steensma.

De toegang tot dit evenement is gratis, wel wordt er gecollecteerd ter bestrijding van de onkosten. De Tuindorpkerk bevindt zich op de hoek van de H.F. van Riellaan en de Prof. Suringarlaan.

Screen Shot 2017-05-29 at 09.53.24

Openingsmaten van Johannes Ringk’s versie van de beroemde ‘d-moll’ BWV 565

Hans Goltfus (1596-1658) is een van de grootste en meest internationale orgelmakers van de zeventiende eeuw. Maar ook is hij een van de grote onbekenden. Vrijwel al zijn orgels zijn verdwenen — inclusief zijn Rotterdamse Magnum Opus en de drie orgels die hij maakte voor de Oranjes.

Onlangs werd Goltfus’ doopinschrijving teruggevonden in het Bossche stadsarchief. Hierdoor is er meer bekend geworden over de afkomst van deze mysterieuze orgelmaker en over diens relatie met Floris Hocque.

Jaap Jan Steensma beschrijft de vondst in het mei-nummer van De Orgelvriend.

Goltfus-orgel Rotterdam
Jan Punt, naar Paulus van Liender, Interieur van de Grote of Sint-Laurenskerk te Rotterdam, gezien in de richting van het orgel (detail), (in of voor 1758). Rijksmuseum Amsterdam.